06 jul Nieuw wetsvoorstel partneralimentatie: “Van deze tijd?”
Op 11 juni 2018 werd de Nota naar aanleiding van het verslag en de Tweede nota van wijziging ingediend door de initiatiefnemers. Hieruit bleek dat de initiatiefnemers de tijd hadden benut om het voorstel naar aanleiding van alle ontvangen input rigoureus aan te passen.
In 2015 is het initiatiefwetsvoorstel Wet herziening partneralimentatie ingediend door drie Tweede Kamerleden (VVD, PvdA en D66). De initiatiefnemers vonden de regelgeving met betrekking tot partneralimentatie niet meer van deze tijd. Daarom stelden zij voor om de grondslag te wijzigen, de duur te beperken, de indexering uit te sluiten en de wijze van berekenen te vereenvoudigen. Daarnaast moest het mogelijk worden bij huwelijksvoorwaarden de verplichting tot partneralimentatie uit te sluiten om zo partijen meer autonomie te geven. Ook het kunnen verzoeken van afkoop van partneralimentatie bij de rechter zou beter aansluiten bij de huidige tijd.
Het oorspronkelijke voorstel
Bij diverse onderdelen van het oorspronkelijke voorstel werd in het advies van de Raad van State, de reacties in de consultatie en de vragen van de
vaste Kamercommissie vraagtekens gezet. Met name tegen de wijziging van de grondslag bleek behoorlijke weerstand. Uit genoemde stukken blijkt dat de initiatiefnemers besloten hebben de initiatiefwet terug te brengen naar uitsluitend de verkorting van de duur. De overige initiatieven zijn allen komen te vervallen. De na het huwelijk voortdurende solidariteitsgrondslag blijft gehandhaafd en de berekening wordt niet gecodificeerd. Ook komt er geen mogelijkheid om bij huwelijkse voorwaarden het recht op partneralimentatie uit te sluiten.
Een door veel partijen geuite wens is in deze Nota van Wijziging door de initiatiefnemers toegevoegd: de rechter wordt straks verplicht de berekening van de behoefte en de draagkracht aan te hechten aan de beschikking. Hierdoor wordt bij latere wijzigingen discussie over de oorspronkelijke uitgangspunten voorkomen.