12 sep Dit is waarom #vechtscheiding blokkeert en #MeToo openingen biedt
Geschreven door Bela de Vries
Het begrip ‘vechtscheiding’ werd op 22 december 2003 uitgeroepen tot ‘woord van de week’. Circa 20% van de betrokken ouders beseft echter niet dat zij er goed aan zouden doen hun strijd direct te stoppen. Bij seksueel overschrijdend gedrag ontstond een wereldwijde omslag in perspectief over de strijd tussen ‘schuldigen’ en’ onschuldigen’, toen actrice Alyssia Milano in 2017 haar #MeToo postte. In dit blog zet ik uiteen waarom de term #vechtscheiding nooit zo’n omslag teweeg zal brengen als #MeToo. Wat dan wel?
Vier verschillen
Vluchtige vergelijking van #vechtscheiding en #MeToo brengt een paar belangrijke verschillen aan het licht. Ik noem er vier:
1. #MeToo: impasses worden van binnenuit doorbroken;
#vechtscheidingen: buitenstaanders interveniëren om impasses te doorbreken.
2. #MeToo: initiatieven liggen bij het vermeende slachtoffer;
#vechtscheiding: initiatieven uiten zich meestal in protesten en weerstand.
3 #MeToo: vermeende slachtoffers voelen ‘eigenaarschap’
#vechtscheiding: eigenaarschap ligt bij professionals (advocaat of rechter)
4. #MeToo: strafrecht;
#vechtscheidingen: personen- en familierecht.
Familie- en scheidingsmediations of door de rechter gelaste onderzoeken door forensisch mediators, bijzondere curatoren, de Raad voor de Kinderbescherming of GI’s, laten regelmatig irrationele blokkades of meningsverschillen zien tussen ouders. Hoewel in sommige gevallen oplossingen voor het grijpen lijken, tonen ouders die in een jarenlange vechtscheiding zijn verwikkeld regelmatig sterke weerstand om deze op te pakken. Als een onderzoeker niet anders kan dan de begeleiding of het onderzoek beëindigen met een rapport aan de rechter, dan kan dat uitmonden in een klacht tegen de onderzoeker of bijvoorbeeld een gezinsvoogd of de advocaat van de andere ouder. De ouders houden elkaar en hun kinderen in de greep van strijd, stress en psychisch lijden; hun blokkade doet er feitelijk nog een schepje bovenop. De rechter rest niet anders dan een uitspraak te doen.
#Vechtscheiding: machteloze buitenstaanders en opstandige ouders
Dat #vechtscheiding nooit zo’n omslag teweeg zal brengen als #MeToo, komt doordat de strijdende ouders geen eigenaren zijn van de noodzakelijke verandering, te weten het staken van hun irrationele chronische strijd. Dat ‘eigendom’ berust bij buitenstaanders, zoals advocaten, rechters, scheidingsmediators, psychologen, relatietherapeuten, jeugdbeschermers, maar ook familieleden en bekenden, en de publieke opinie en de media. Het denkraam ‘vechtscheiding’ komt meestal op als het ‘te laat’ is. Het is een metafoor voor een bestraffende vingerwijzing waarmee de buitenstaander wil zeggen ‘hoe schadelijk’ de chronische ouderlijke strijd is en ‘hoe kun je dit je kinderen aandoen?!’ Het initiatief om het strijdtoneel te verlaten, ligt al lang niet meer of lag misschien überhaupt niet bij de ouders, maar bij de genoemde buitenstaanders. De ouders beschikken niet over openingen om blokkades op te heffen, zoals bij #MeToo.
De omslag van #MeToo en het belang voor scheidingen
Hierna volgt eerst een casus die de onmacht en het onvermogen van zowel professionals als ouders weergeeft. Daarna beschrijf ik hoe het viraal gaan van #MeToo heeft geleid tot een omslag in perspectief waardoor een maatschappelijk groeiproces ontstond dat leidde tot begripsvorming en inzicht in knelpunten en blokkades tussen plegers en slachtoffers in hun strijd om ‘schuldig’ of ‘onschuldig’. Ik wil hiermee illustreren dat als het scheidingsdomein een soortgelijk transformatieproces doormaakt, ook een omslag ontstaat, waarbij ouders met relatieproblemen liefst vóór, maar ook tijdens of na de scheiding, zicht krijgen op risico’s of oorzaken die leiden tot impasses met in het ernstigste geval geblokkeerd contact tussen een kind en een ouder. Overigens geef ik de voorkeur aan de term ‘blokkadescheiding’ boven ‘vechtscheiding’. In de loop van dit blog wordt helder waarom.
Casus onvermogen en onmacht
Een uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland betreffende twee ouders die jarenlang strijden laat de onmacht van de betrokkenen goed zien (7 augustus 2019, ECLI:NL:RBNNE:2019:3476).
“Rechtbank rest niets anders dan … geen tweehoofdig gezag meer. Rechtbank benadrukt dat dit geen winst of verlies is voor moeder of vader, maar eerder een aan beiden uitgereikt brevet van onvermogen ….”
Interventies om de chronische ouderlijke strijd te stoppen komen van de rechter, dus van buitenaf en helaas niet vanuit de ouders zelf. De ouders zijn onvermogend, maar dat komt ook doordat zij niet over handvatten beschikken waarmee zij initiatieven kunnen nemen. In deze zaak legt een van de ouders het initiatief zelfs bij een jeugdbeschermer, maar deze beschikt ook niet over een afdoende oplossing. Deze ouder heeft geen gevoelens van eigenaarschap noch controle over zijn situatie. Maar de moeder die inmiddels het eenhoofdig gezag is toebedeeld, was evenmin in staat om de impasse te doorbreken. In dit verband geeft de rechter beide ouders een ‘brevet van onvermogen’. Hoe begrijpelijk ook, het valt te bezien of dit ‘brevet’ erin zal resulteren dat bij de ouders de psychische kracht en het besef komt dat zij initiatieven moeten ontplooien die hun gevoelens van eigenaarschap (terug)geven en harmonieuze onderlinge communicatie bevorderen.
De omslag
Toen #MeToo in 2017 viraal ging, leidde dit tot wereldwijde beroering, publicaties in de media, discussiërende burgers en politici en bovenal gevoelens van saamhorigheid onder slachtoffers. Uit de grote aantallen aangiftes die in de VS en kort daarop in Europa en in Australië werden gedaan, bleek dat #MeToo de vinger op de wond van een omvangrijk probleem had gelegd. Dit leidde tot openingen en een omslag in de manier waarop naar plegers en slachtoffers bij seksueel overschrijdend gedrag werd gekeken. Wereldwijd werd op basis van de vele aangiftes door politie en forensisch deskundigen gespeurd naar feiten en werden bewijzen verzameld die werden geanalyseerd door onder andere rechters, officieren van jusititie, advocaten, ambtenaren en sociaal wetenschappers. Dergelijke dynamische processen transformeerden het denkraam #MeToo in een concept van werkbare definities, begrippen en maatstaven die nodig zijn om meerdere soorten van seksueel wangedrag, zoals seksueel geweld, seksueel misbruik en incest, de zogenoemde zedendelicten te kunnen onderscheiden. Seksueel grensoverschrijdend gedrag, waar #MeToo zich op richt, is dan ook een containerbegrip van seksueel wangedrag dat afhankelijk van de personen en de omstandigheden gepaard gaat met combinaties van diverse kenmerken of uitingsvormen, zoals ongelijke machtsverhoudingen, aanranding, verkrachting, sexting of genderdiscriminatie, om er enkele te noemen.
Normen, waarden en wetgeving
Aangemoedigd door #MeToo zochten burgers naar normen en waarden waarmee zij konden bepalen welke soorten van seksuele gedragingen binnen of buiten het toelaatbare vallen. Mede onder invloed van deze maatschappelijke bewegingen en vergaarde informatie en kennis konden wetten inzake seksueel overschrijdend gedrag worden aangepast en werd bepaald wat wel en niet onder het strafrecht valt. Hierdoor ontstonden steunpunten en handvatten voor professionals en slachtoffers, die ontdekten dat zij eigenaarschap terug konden krijgen over een situatie waarin zij ‘ongecontroleerd’ werden misbruikt. Slachtoffers zagen massaal dat er mogelijkheden waren om voor zichzelf op te komen. Naar verwachting komt de strafzaak die tegen Harvey Weinstein is aangespannen in september voor de strafrechter in New York. Het is interessant te leren wat voor jurisprudentie hieruit voort zal komen.
Dit is waarom #vechtscheiding niet tot een omslag leidt
De term #vechtscheiding weerspiegelt vooral de machteloosheid van alle betrokkenen, zowel de ouders, hun kinderen als de professionals, en laat na ouders en professionals handvatten en steunpunten mee te geven. Daarentegen is de term ‘vechtscheiding’ een diskwalificerende vermaning die ouders en professionals eerder ontmoedigt dan aanmoedigt en motiveert. Dit is het markante verschil met #MeToo. Uit de maatschappelijke beweging die via #MeToo op gang is gekomen, zijn steunpilaren voortgekomen en voelden betrokkenen zich gesterkt om impasses en blokkades te doorbreken.
Conflictdiagnostiek
Een soortgelijk groei- en transformatieproces als bij #MeToo is ook nodig bij rigide relatieproblematiek en blokkadescheidingen. Echter, deze gewenste omslag bij scheiding hoort thuis binnen het personen- en familierecht en moet daar blijven, maar net als bij seksueel overschrijdend gedrag, zijn ook binnen het scheidingsdomein nieuwe definities, begrippen, classificaties en categorieën bij scheiding nodig. Dergelijke steunpunten maken het mogelijk dat de ouderlijke strijd gediagnosticeerd kan worden. Niet door middel van psychodiagnostiek, maar door middel van conflictdiagnostiek. Conflictdiagnostiek onderzoekt de vele onderscheiden kenmerken die ten grondslag kunnen liggen aan de strijd tussen ouders en hun psychisch lijden en stress en dat van hun kinderen.
De vele kenmerken bij ouderlijke strijd voor, tijdens of na een scheiding, zijn bijvoorbeeld de mate van intensiteit, frequentie en duur van de strijd, de diverse emoties, depressieve gevoelens, de mate van stress maar ook de impact van een juridische procedure op iemands welbevinden. De uitkomsten van conflictdiagnostiek geven een beeld van de wijze waarop de diverse kenmerken met elkaar samenhangen. Zo’n zoektocht is geen sinecure, maar als de ouders net als slachtoffers van seksueel wangedrag, steunpunten krijgen en ontdekken dat zij invloed kunnen uitoefenen op hun omstandigheden, dan zal de gewenste omslag ontstaan. Dan krijgen zij gevoelens van eigenaarschap over hun situatie, problemen en bovenal de oplossingen (terug). Dan kunnen zij hun relatietherapeut, advocaat of andere professional loslaten en hun blik op de toekomst te richten.