De nieuwe tarieven 2021

Op 24 december is het nieuwe rapport Alimentatienormen gepubliceerd met als bijlage de nieuwe tarieven 2021. Hieronder vindt u de belangrijkste belasting wijzigingen die effect hebben op de uitkomst van een alimentatieberekening.

  

Box I
Het basistarief voor de inkomstenbelasting daalt van 37,35% naar 37,10% in 2021.


Tarieven box I – belastingplichtigen jonger dan AOW-leeftijd

Inkomen max. € 35.942 max. € 68.507 boven € 68.507
2020 37,35% 37,35% 49,50%
2021 37,10% 37,10% 49,50%

 

Tarieven box I – belastingplichtigen AOW-leeftijd bereikt

Inkomen max. € 35.942 max. € 68.507 boven € 68.507
2020 19,45% 37,35% 49,50%
2021 19,20% 37,10% 49,50%

 

 

Box II
Het box 2 tarief gaat verder omhoog van 26,2 % naar 26,9% in 2021.

 

Box III
Het heffingsvrij vermogen stijgt van € 30.846 naar € 50.000 in 2021 (voor partners € 100.000). Het tarief wordt verhoogd van 30% naar 31% in 2021.

Let op! Voor de huurtoeslag blijft nog wel een vermogenstoets van € 31.340 gehanteerd.


Zelfstandige aftrek

De zelfstandige aftrek wordt verder verlaagd van € 7.030 naar € 6.670 in 2021

 

De arbeidskorting
De arbeidskorting wordt verhoogd van € 3.819 naar maximaal € 4.205. De arbeidskorting zou eigenlijk in 2022 pas omhoog gaan, maar gaat dus nu een jaar eerder in, vanwege de versnelde verlaging van de zelfstandigenaftrek.

 

Kindgebonden budget
In 2021 krijgen gezinnen met 3 of meer kinderen meer kindgebonden budget. Het maximumbedrag vanaf het derde kind wordt met ingang van 1 januari 2021 verhoogd van € 297 naar € 919 per jaar.

 

Beperking hypotheekrenteaftrek
Sinds 2014 wordt de hypotheekrenteaftrek geleidelijk verlaagd. In 2021 is nog  43% van de hypotheekrente aftrekbaar in box 1 van de inkomstenbelasting. Deze beperking treft alleen huiseigenaren die in de hoogste belastingschijf zitten. De overige huiseigenaren kunnen de hypotheekrente tegen hetzelfde tarief aftrekken als waartegen hun inkomsten worden belast.

 

Beperking aftrek partneralimentatie
Sinds 1 januari 2020 vindt er een verlaging plaats van het toptarief waartegen de persoonsgebonden uitgaven aftrekbaar zijn. Hieronder valt ook partneralimentatie. Voor de alimentatieplichtige die een inkomen heeft boven de € 68.507, heeft deze maatregel dus gevolgen. Voor hen wordt in 2021 de partneralimentatie aftrekbaar tegen maximaal 43%.

 Het betreft de volgende persoonsgebonden aftrekken:
• uitgaven voor onderhoudsverplichtingen (partneralimentatie);
• uitgaven voor specifieke zorgkosten;
• weekenduitgaven voor gehandicapten;
• scholingsuitgaven;
• aftrekbare giften;
• restant persoonsgebonden aftrek van voorgaande jaren;
• verliezen op beleggingen op durfkapitaal.

 

Beperking andere aftrekposten
Naast de verlaging van het aftrektarief waartegen de persoonsgebonden uitgaven en de hypotheekrente aftrekbaar zijn, worden sinds 1 januari 2020 ook de ondernemersaftrekken gefaseerd afgebouwd. Ook deze afbouw is alleen van toepassing op belastingplichtigen die in de hoogste schijf worden belast (dus bij een inkomen van meer dan € 68.507).  In 2021 is deze aftrek maximaal 43%.

 Het betreft de volgende aftrekposten voor ondernemers:
• zelfstandigenaftrek;
• meewerkaftrek;
• startersaftrek;
• stakingsaftrek;
• aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk;
• mkb-winstvrijstelling.