De wet wijzigt Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek (ook BES) en bepaalt dat kinderalimentatieschulden niet langer als concurrente schulden worden behandeld. Hierdoor krijgt deze vordering een hogere rang dan bijvoorbeeld leningen of openstaande rekeningen. Het toekennen van een preferentie maakt het eenvoudiger om alimentatiebetalingen te innen, wat leidt tot meer financiële middelen voor kinderen die hiervan afhankelijk zijn. Dit draagt bij aan het voorkomen van problematische situaties en bevordert het welzijn van kinderen.

Het doel van deze wet is om te waarborgen dat kinderen niet de dupe worden van de financiële problemen van hun ouders. Door de preferente status van kinderalimentatie wordt hun welzijn beter beschermd en wordt het belang van hun verzorging en opvoeding vooropgesteld.